Vergelijkende test / 2 grote Supersportievelingen : Even snel... en toch zo anders

De laatste weken staat de hele autowereld op stelten na de overname van Opel door het Franse PSA. Daarmee lijkt het alsof Amerika’s nummer één, GM, zich helemaal wil terugtrekken uit Europa. Maar dat is voorbijgaan aan het feit dat General Motors op het Oude Continent nog altijd authentieke Amerikaanse modellen aanbiedt, van Chevrolet Camaro’s over Corvettes tot een reeks Cadillacs. Dat laatste luxemerk werkt aan zijn zoveelste comeback, onder meer met de CT6, en was bijvoorbeeld in Genève erg nadrukkelijk aanwezig, met zelfs een van de mooiste conceptcars van het hele salon, de Escala.

Cadillac heeft met zijn V-modellen ook een performance-afdeling, die in de voetsporen wil treden van M bij BMW of AMG bij Mercedes. Daarbij is op dit ogenblik zowel van de ATS als van de CTS een erg krachtige versie verkrijgbaar. Bij de CTS gaat het om een supersportieve berline die de 6.2-V8 uit de Corvette onder de kap kreeg, daarenboven nog eens onder druk gezet door een compressor. Goed voor 649 pk en… 855 Nm koppel. Zelfs in de hoogste kringen van de Europese prestigemerken moet je al ver gaan zoeken om een dergelijke krachtpatser te vinden. Temeer daar op het ogenblik dat we deze test uitvoerden, noch bij BMW noch bij Mercedes sportieve topversies voorhanden waren: in Stuttgart komt de AMG E 63 er pas eerstdaags aan en op de nieuwe BMW M5 is het nog even wachten. Alleen in de Audi-catalogus staat nog altijd een beestje dat de confrontatie aankan: de RS6, enkel als breakversie Avant te krijgen. Wij reden hem in (ultieme) Performance-versie.