Eerste test / Audi S8 : De perfecte spreidstand

Volgens Audi is de S8 ‘de perfecte combinatie tussen een luxelimousine en een volwaardige sportieveling’. Die belofte hebben we al wel vaker gehoord bij krachtige uitvoeringen van topklasseberlines, en meestal komt het erop neer dat het resultaat niet zo comfortabel is als de basisversie, maar ook totaal ongeschikt is voor sportief rijplezier. Maar Audi heeft een troef achter de hand: een volledig actieve elektromechanische ophanging. 

Het systeem werkt als volgt: elk wiel heeft zijn eigen elektromechanische actuator, die met een kracht tot 16.000 newton per seconde het wiel omhoog of omlaag kan duwen. Zet
je de S8 in Comfort+, dan scant een camera aan de voorkant de weg op oneffenheden of drempels, waarna hij de informatie doorgeeft aan de schokdempers om precies de omgekeerde beweging te maken en zo de drempel bijna onmerkbaar te nemen. Tegelijk wordt de luxeberline tot 5 centimeter hoger op zijn pootjes gezet om het comfort te verhogen. 

Dat klinkt niet alleen goed, het werkt ook echt. Het gemak waarmee de S8 drempels en putten verslindt, doet denken aan de klassieke Citroëns met hydropneumatische ophanging. Het systeem is echter niet feilloos: als de oneffenheid niet is opgemerkt, dan is de S8 ‘maar’ zo comfortabel als een A8 met passieve ophanging. In de bochten helt de Audi trouwens een beetje mee, om de laterale G-krachten op de passagiers te verminderen. Dat merk je wel, maar we zijn niet zeker dat het ook volstaat om wagenziekte te voorkomen.