De huidige Combo, uit 2018, is een kloon van het bestelbreakkwartet Citroën Berlingo/Fiat Doblo/Peugeot Rifter/Toyota Proace City. In 2024 onderging de Opel een facelift die hem vooral een nieuwe snuit opleverde, met de zogenaamde Opel Vizor die we ook terugvinden op andere recente modellen van het merk. Net als zijn technische neven bestaat de Combo in twee koetswerkvarianten (een korte van 4,40 meter en een XL-uitvoering van 4,75 meter) en met vijf of zeven plaatsen. Binnenin hebben de Duitsers hun stempel proberen te drukken op het interieur door deze bestelbreak een specifiek dashboard te geven. Voor de rest is het interieur echter identiek aan dat van zijn vier bloedbroeders, en dus net zo handig en aangenaam om in te vertoeven. Een klassieke achterbank is standaard, maar tegen meerprijs kun je die vervangen door drie afzonderlijke stoelen, die in een handomdraai in de vloer kunnen verdwijnen. De koffer is simpelweg enorm.
Voor een bestelbreak vertoont de Combo een erg aangenaam weggedrag. Naast de volledig elektrische versie doet hij logischerwijs een beroep op ex-PSA-motoren voor zijn aandrijving, met aan benzinezijde een 1.2-turbo van 110 en daarnaast twee vermogensvarianten van de 1.5 BlueHDi: met 100 of 130 pk. Een automaat is als optie te krijgen op de krachtigste diesel.
De Combo is technisch identiek aan de Citroën Berlingo, Fiat Doblo, Peugeot Rifter en Toyota Proace City Verso, en bijgevolg net zo aangenaam om in te vertoeven of om mee te rijden. Bovendien is de Opel net een tikkeltje minder duur dan de Peugeot en de Toyota (maar duurder dan de Citroën en de Fiat …).