De Enyaq kwam in 2021 op de markt, nagenoeg gelijktijdig met zijn neefjes bij Volkswagen (ID.4) en Audi (Q4 e-Tron). De drie delen niet alleen hun platform, maar ook hun elektrische aandrijftechniek. Het kleedje daarrond is voor alle drie echter verschillend, en hetzelfde geldt voor het interieur. In het geval van de Skoda is dat duidelijk wat klassieker dan bij de andere twee, maar het geheel is goed afgewerkt en bulkt van de opbergmogelijkheden. De ruimte achterin is royaal, net als de koffer, waarvan het volume onder het bagagescherm identiek is voor de ‘gewone’ Enyaq als voor de Coupé (585 liter).
Rijden doet de Enyaq (die ondertussen het achtervoegsel iV verloor) comfortabel en complexloos, helemaal zoals je dat van een auto met gezinsroeping mag verwachten. Klanten kunnen kiezen uit drie versies. De achterwielaangedreven instapversie ‘60’ met 180 pk sterk en een batterij van 58 kWh is uit de catalogus verdwenen; het gamma begint op dit moment met twee versies met een batterij van 85 kWh: de ‘85’ (286 pk, tot 576 kilometer actieradius) en de ‘85x’, met een bijkomende elektromotor op de vooras (maar ook 286 pk, 548 kilometer). Daarboven is er nog de 340 pk sterke RS. De interne lader is van het driefasige type en kan 11 kW aan, en intussen kunnen alle versies standaard snelladen tot 175 kW (oorspronkelijk was dat maar... 50 kW). Voor wie niet vies is van een beetje luxe in zijn praktische gezins-SUV, is er ook nog een Laurin & Klement-topversie.
Goedkoop is deze elektrische Skoda niet, maar hij is wel ruim en goed uitgekiend. Alleen jammer dat de instapversie niet meer te krijgen is, in tegenstelling tot bij de Volkswagen ID.4, die daardoor nu een interessantere vanafprijs biedt.