Markt / Koopje van de Week: Mercedes W124 (1986 - 1993)

En dan meer bepaald de 300D. Een E-Klasse - ook al volgde de W124 toen die nomenclatuur nog niet - laat zich namelijk het meest genieten als er minstens zes cilinders aan het pompen gaan. Daar hoeft dan niet meteen diesel door te stromen, maar gezien we toch langs memory lane aan het struinen zijn, opteren we in deze voor de toen bij ons meest populaire brandstofvorm.

>> AutoGids' Koopje van de Week - modeloverzicht van A tot Z

Waarmee we verzaken aan pure snelheid, want hoewel oerbetrouwbaar (de 3 liter van de W124 heet onverslijtbaar), is de 300D naar hedendaagse normen tergend traag.

Voor 1989 deed de sterkste atmosferische diesel het met 109 pk, elke 300D daarna kon rekenen op 113 pk. Mercedes kwam ook met drukgevoede versies van zijn W124 op de markt. Die leverden een respectabele 143 pk, waren haast even betrouwbaar, maar vroegen wel iets meer en nauwgezettere aandacht.

Waarop moet je letten?

Hoewel deugdelijker dan de Maagd Maria heeft de W124 toch een aantal punten die om extra aandacht vragen. Zo durven de krikpunten onderaan al eens aan het roesten slaan.

Ook het subframe van de achterophanging (eveneens roest) en de veren (kunnen gebroken zijn) vragen om nader onderzoek. Minder doorslaggevend maar zeker niet te verwaarlozen: de stofrubbers rond de poten. Met de tijd verweren die, wat eveneens een vervanging vereist.

Hoeveel mag het kosten?

Een W124 voor minder dan 1.000 euro is ofwel de heilige graal ofwel een rijdende hoop miserie (als hij dat eerste al doet). Zoek dus pas voorbij de 3.000 euro-barrière. Een hoge kilometerstand hoeft daarbij geen belemmering te zijn, een onbestaande onderhoudshistorie is dat echter wel.

Is er een leuk alternatief?

De coolste W124 (na de superexclusieve en haast onvindbare 300 E AMG Hammer) is zonder twijfel de door Porsche geassembleerde 500 E. Hoewel die wat meer zoekwerk vraagt, kan zo'n 500 E wel nog op de kop worden getikt voor schappelijke prijzen (lees: om en bij 20.000 euro).

Hou er wel rekening mee dat zo’n V8 de nodige benzine lust. En dat de onderhoudsfactuur eveneens snel kan oplopen als hij niet helemaal spic and span is.