Volgens gegevens van het Vlaams Verkeerscentrum behoort mei 2023 tot de top 3 van maanden met de meeste files en is het de drukste maand mei sinds het begin van de metingen in 2011. Een laconieke vaststelling, die misschien verbaast aangezien het gebruik van de fiets voor woon-werkverplaatsingen gestaag toeneemt en telewerken stevig verankerd blijft in de gewoonten van veel Belgen.
Hoe valt die toename van de files op onze wegen dan te verklaren?
1.078 kilometeruren file
Statistieken tonen aan dat er in mei 2023 1.078 kilometeruren file was. Dat is het op twee na hoogste cijfer in de geschiedenis, na oktober 2021 (1.079 kilometeruren) en juni 2019 (1.107). Dat cijfer werd door Statistiek Vlaanderen bekomen door de lengte van de files over een uur te combineren.
Om een voorbeeld te geven: 100 km file gedurende een uur of 200 km file gedurende 30 minuten geeft een waarde van 100 kilometeruren. Met een waarde van 1.078 kilometeruren aan files staat mei 2023 dus in de top 3 aller tijden.
Toegegeven, de officiële metingen zijn pas in 2011 begonnen, maar de logica gebiedt te zeggen dat, gezien de geleidelijke toename van het aantal voertuigen op de weg, er waarschijnlijk niet eerder een (gemiddeld) drukkere periode is geweest. De eerste 'structurele' files in België dateren echter al van 1986.
Ondanks meer fietsers en telewerkers
Afgaand op de regelmatige aankondigingen dat telewerken sinds de coronaperiode een gewoonte is gebleven voor Belgische werknemers, en op het feit dat steeds meer mensen voor de fiets kiezen voor woon-werkverplaatsingen zou je verwachten dat de verkeersdichtheid zou dalen. Maar dit is niet het geval. Waarom niet?
Volgens het Planbureau zou zelfs het behoud van een telewerkpercentage dat even hoog is als tijdens de coronacrisis, de vraag naar vervoer tegen 2040 met slechts 1,6% doen afnemen, wat onbeduidend is. Bovendien blijkt dat de Belgen 7% minder kilometers afleggen dan in 2019 vóór Covid-19. Toch zullen de files nog toenemen.
Vrachtvervoer
In werkelijkheid gaat de toename van de files hand in hand met de toename van het vrachtvervoer over de weg. Het vrachtvervoer groeit gestaag en stuit op een wegennet dat niet parallel is verdicht en min of meer hetzelfde is gebleven als in de jaren 90.
Meer vrachtwagens betekent meer files... Daarbij komt natuurlijk de bevolkingsgroei, die meer mensen in de leeftijd brengt om te reizen – voor werk of vrije tijd – en dus intrinsiek meer mensen op de weg.
Gebrekkig openbaar vervoer
Maar laten we terugkomen op een belangrijk feit. Het blijkt dat het aantal mensen dat met de fiets, te voet of op gemotoriseerde tweewielers reist, weliswaar toeneemt, maar dat dit vooral ex-gebruikers van het openbaar vervoer zijn.
Maatschappijen voor openbaar vervoer, waaronder de NMBS, zien een duidelijk verlies van gebruikers in vergelijking met de periode voor het coronavirus, en hun diensten zijn niet flexibel genoeg om tegemoet te komen aan een wereld van werk en reisbehoeften die steeds flexibeler en specifieker worden.
Ook het openbaar vervoer en autodelen zijn minder populair dan vroeger. Dit is deels een gevolg van telewerken, waardoor deze oplossingen minder toegankelijk of aantrekkelijk worden.
Salariswagen
Een laatste factor betreft de auto van de zaak. De befaamde salariswagen versterkt zijn status als aantrekkelijk element in een steeds competitievere arbeidsmarkt. Tegenwoordig nemen zelfs jobs waarvoor geen bedrijfswagen nodig is, er een op in het salarispakket, wat bijdraagt aan een min of meer significante toename van de verkeersdrukte.
Welke oplossing?
Geconfronteerd met een systematische toename van het goederenvervoer over de weg en het gebruik van de auto als flexibel en persoonlijk vervoermiddel – zakelijk en privé – op een "vast" wegennet, ligt de oplossing in een reeks systeembeslissingen.
Aan de ene kant moeten we het openbaar vervoer verrijken, verdichten en flexibeler maken en er tegelijkertijd voor zorgen dat het financieel aantrekkelijk is. Aan de andere kant moet er meer en efficiënter alternatief goederenvervoer – spoor en waterwegen – komen.
Bovendien zou het wegennet en vooral het snelwegennet moeten worden aangepast – het aantal rijstroken zou moeten worden verhoogd, vooral bij afritten en knooppunten – om de mechanische congestie op deze belangrijke punten te "verdunnen".
Maar dit zou kolossale investeringen vereisen. Om maar te zeggen dat we nog wel eventjes in de file zullen blijven staan.
BLIJF OP DE HOOGTE VAN HET LAATSTE AUTONIEUWS!
Nieuwe modellen, tests, advies, exclusieve evenementen! Het is gratis!