Korte tests / Review Audi RS 6 Avant GT (2024) - de ultieme RS 6 Avant

Voor zij die het nieuws zouden hebben gemist: Audi heeft zijn nomenclatuur aangepast, waarbij de even nummers voorbehouden zijn aan de EV’s van het merk. Wat de facto het einde betekent van de A6 – en bij uitbreiding RS 6 – zoals we hem vandaag kennen. Anders gesteld: bij de volgende RS 6 zullen de pony’s uit een elektromolen gejaagd worden.

Een passend afscheid drong zich dan ook op. Nee, zonder rouwkransen of zakdoeken. Dit adieu verdiende volgens Ingolstadt een feest. Met de GT als uitgelaten gastheer!

Concept Audi RS 6 Avant GT

De party was er trouwens een van de goed voorbereide soort. In 2020 mochten een aantal stagairs loss gaan op een Audi RS 6 Avant. De GT Concept die daaruit volgde, stond model voor de GT van vandaag. Met om te beginnen dezelfde Audi Sport-livrei. Een kleurenstelling die de studenten eertijds ontleenden aan de Audi 90 IMSA GTO (een silhouetteracer die furore maakte in de States).

Geen paniek, mocht die knipoog naar de Audi Sport-kleuren niet direct je ding zijn, dan kan je altijd nog gaan voor één van de vier andere beschikbare tinten. De GT krijgt ook meer carbon. Zo is de motorkap uit koolstofvezel (wat een primeur is voor de RS 6), net als de spiegelkappen en wielkasten vooraan. Die kasten krijgen trouwens een specifiek design – met een extra luchthapper achteraan – wat de RS 6 nog breder doet ogen, zonder dat hij dat evenwel ook is.

Verwacht geen gigantische gewichtswinsten. De GT is 15 kilo lichter dan de gewone Audi RS 6 Avant (Performance), zij het dat het leeuwendeel van die winst op het conto mag van de elektrische bediening van de sportzetels. De GT krijgt die namelijk niet (waardoor hij dus zoveel lichter is).

We keren nog even terug naar de esthetiek en dan meer bepaald die joekel van een achterspoiler. Die kwam 1 op 1 over van de GTO-concept. Waarbij de vleugel opnieuw voornamelijk het uiterlijk dient. Veel bijkomende downforce genereert die dus niet.

Rijgedrag Audi RS 6 Avant GT

Aan de 4 liter-V8 werd niet gemorreld. Wat met 630 pk en 850 Nm ook niet onmiddellijk nodig was. Net als de Audi RS 6 Avant Performance jas je dan ook in 3,3 seconden naar 100 km/u, een voorwaartse stuwing die de break volhoudt tot zijn top van 305 km/u.

Een tempo dat de GT nu ook beter vast zou moeten houden als het asfalt aan het keren gaat. Met dank aan de (verstelbare) schroefset die in zijn standaardsetting deze break nog eens 10 millimeter dichter tegen het asfalt legt. Voor wie dat niet dicht genoeg zou zijn: de sleutels om zelf te morrelen met de veerpootset-up liggen onder de koffervloer.

Of je opteert gewoon voor de optionele adaptieve sportdemping of de al even actieve luchtvering. Een upgrade die we initieel altijd zouden hebben genomen – wegens een vermoeden van meer rijcomfort. Al pakte de schroefset op het bochtige parcours rond Ingolstadt uit met een dermate exemplarisch evenwicht tussen welbehagen en sportiviteit dat we die optie nu niet meer zouden lichten.

Kortom, de GT maakt knallen door het hinterland nog wat eenvoudiger en dus rapper, zonder dat je riskeert er een aantal organen bij in te moeten schieten.

Verdict Audi RS 6 Avant GT

De Audi RS 6 Avant GT zet vooral de punten op de i van een powerbreakconcept dat door de jaren en generaties heen eigenlijk al zeer uitgepuurd was. Dat maakt hem bijgevolg de RS 6 om te hebben, toch als je de rijkunde wil koppelen aan hedendaagse (elektronische) luxe. Een conclusie die er evenwel alleen toe doet als je één van die 660 bestelbonnen te pakken hebt gekregen.