2020 wordt zonder twijfel een ‘annus horribilis’ voor de autosector. De boetes die sommigen zullen moeten betalen voor het overschrijden van de 95 g/km CO2-utitstoot als vlootgemiddelde zullen waarschijnlijk minder zwaar uitvallen, maar de reden daarvoor is zo mogelijk nog erger dan de kwaal: kelderende verkoopcijfers.
Van Oost…
De daling in de verkoopcijfers volgt zowat dezelfde reis als het coronavirus zelf. Het begon allemaal in China, waar omwille van het coronavirus de verkoop van auto’s in sommige regio’s verschrompelde tot 5%(!) van het vorige jaar. De vele autofabrieken werden er een voor een gesloten, het land ging voor grote delen in lockdown.
Op het eerste gezicht heeft dit vruchten afgeworpen, vandaag worden her en der in China de autofabrieken terug opgestart, ook omdat de mensen terug mogen gaan werken en een zekere vorm van bewegingsvrijheid weer wordt toegelaten. Toch blijft men er beducht voor een eventuele ‘tweede golf’ en blijven de grenzen grotendeels gesloten.
Een gelijkaardig scenario kunnen we constateren in een aantal andere Aziatische landen, Zuid-Korea en Japan op kop, waar drastische ingrijpen van bij het begin toch wel duidelijk zijn vruchten heeft afgeworpen. Dat (relatieve) succes is voor het grootste deel te danken aan 2 factoren: de soms autoritaire structuren (vooral China en, in mindere mate, Singapore), maar zeker ook de zelfdiscipline van heel wat Aziaten.
… naar West
Die discpline waren ze in Italië duidelijk vergeten, met de escalatie aan zieken, doden en draconische maatregelen die we de laatste weken hebben meegemaakt. Ook andere Europese landen zijn in hetzelfde bedje ziek en aangezien Europa geen mandaat heeft op het vlak van gezondheidsbeleid,blijft een coördinerende, gezamenlijke aanpak duidelijk achterwege. Het wordt afwachten wat dit bij ons nog gaat brengen.
Ondertussen is het virus ook fluks de oceaan overgestoken en beginnen de Amerikanen nu te merken wat hun halfhartige aanpak zou kunnen teweegbrengen.
Lockdown
In eerste instantie waren het uiteraard de Chinese fabrieken die een voor een hun deuren sloten, wat door de just in time-strategie van de meeste autofabrieken wereldwijd al snel ook bij ons werd gevoeld (gebrek aan onderdelen). Zo’n 10 dagen geleden begon dan de onvermijdelijke lockdown van de fabrieken ook bij ons. PSA was een van de eerste, gevolgd door FCA en de fabrieken in ons land, maar stilaan is ook de hele Duitse auto-industrie tot stilstand gekomen. Vanaf deze week vallen ook de ‘plants’ in de VS en Mexico stil, net als die in India. Kortom, bijna overal waar auto’s in elkaar gezet worden, laat corona zich voelen. Voor hoelang de maatregelen gelden, is nog koffiedik kijken.
Wat gaat dat kosten?
De cynicus zal misschien zeggen “gelukkig dat er corona is, dan moeten de constructeurs minder CO2-boetes betalen,” maar dat zal natuurlijk het gebrek aan inkomsten niet compenseren. De laatste grote crisis die de Europese automarkt incasseerde (en waar ze slechts heel traag van herstelde), was die van 2008/2009 (de bankencrisis) en toen ging de Europese markt globaal met 11% achteruit.
Het Duitse ratingbureau Scope Ratings schat dat de Europese markt dit jaar het meest getroffen zal worden door de huidige crisis en voorziet een terugloop van de totale autoverkoop van 20% of meer. Dat is nog eens het dubbele van wat China (-10%) en de Noord-Amerikaanse markt (-9%) zullen ondervinden, aldus nog het bureau.
Drastische maatregelen
Alleen al in Duitsland werken meer dan 800.000 mensen rechtstreeks in de auto-industrie, in Frankrijk zijn er dat minstens 400.000 en in de zuidelijke Europese landen (en stilaan ook de Oost-Europese) zijn eveneens honderdduizenden mensen in de sector bedrijvig. Het spreekt voor zich dat de overheden van de verschillende landen, maar ook Europa, al hun steun hebben uitgesproken voor de (net nog verguisde) autoconstructeurs om de grootste nood te lenigen. Uiteraard wordt dan met de miljarden euro's aan bijstand gegoocheld alsof het niks is (op economisch vlak heeft de EU heel wat meer in de pap te brokken dan op gezondheidsvlak), maar naarmate de ernst van de situatie verscherpt, zouden wel eens heel drastische maatregelen kunnen getroffen worden.
Zo heeft de Franse Minister van Economie Bruno Le Maire al een onderhoud gehad met Carlos Tavares (CEO van PSA) en met Jean-Dominique Senard (voorzitter van Renault), de twee grote Franse autobedrijven waar de Franse staat ook nog een financiële vinger in de pap heeft. Le Maire beandrukte dat hij er alles zou aan doen om de bedrijven te redden en hij liet daarbij een ‘taboewoord’ niet achterwege: “Als het nodig is om deze nationale vlaggenschepen te nationaliseren om ze te redden, zullen we niet aarzelen.”
Voor wie nu al in katzwijm ligt bij het horen van deze gedurfde uitspraken, willen we er toch op wijzen dat Obama in 2009 65 miljard dollar veil had om GM en (toen nog) Chrysler te redden en dat die (toen nog) Amerikaanse autogrootmachten voor een tijdje in de feiten eigendom van de Amerikaanse staat zijn geweest. Het kan verkeren, zei Bredero. Het worden nog spannende tijden, voor iedereen.
BLIJF OP DE HOOGTE VAN HET LAATSTE AUTONIEUWS!
Nieuwe modellen, tests, advies, exclusieve evenementen! Het is gratis!