Industrie en economie / Borgward: opnieuw op het sterfbed?

In 2017 werd Borgward, het beroemde Duitse merk van de jaren '50, herboren met de SUV BX-7. Het model moest in 2018 uitkomen in Europa, wat ook gebeurde in Luxemburg. Paulo Almeida van de groep Autodis verkoopt het model in 2 dealers in Luxemburg, met ongeveer één geleverd model per week. Er is dus wel een publiek voor de BX-7. Sommige klanten komen van verder in Duitsland "in een straal van 300 km". De auto's worden rechtstreeks van China geïmporteerd: "Ik heb 150 auto's in stock en alle stukken voor de dienst na verkoop. Ik hecht geen geloofwaardigheid aan de geruchten over moeilijkheden, ik ben optimistisch over de toekomst van Borgward dat een 'fun'-merk is", volgens Almeida. "Ik heb nog projecten met hen, zoals de BX-3 en de Isabella". Volgens de site van de dealer is het ook mogelijk om de BX-6 en de BX-5 te bestellen.

Uniek geval

De situatie in Luxemburg is vrij bijzonder. De aandrijflijnen van Borgward worden fiscaal zwaar afgestraft in België en in andere Europese landen. Het merk elders distribueren is voorlopig dus erg risicovol. Het merk is er dan ook niet in geslaagd om door te breken in de rest van Europa, het is er zelfs nooit verdeeld. Volgens Automobilwoche is de hoofdzetel van Borgward in Stuttgart gesloten en zijn de Duitse verkopers nog maar nauwelijks actief. Want ondanks een nog steeds bestaande webpagina, lijkt de site voor het laatst geüpdatet in eind 2018. Zelfs de officiële Facebookpagina heeft geen teken van leven meer gegeven sinds die periode. Het lijkt verband te houden met specifieke problemen in Duitsland, waar er ook een fabriek moest komen in Bremen, die het levenslicht nooit zag.

Bewogen leven

Borgward, een gezinswagenmerk tijdens zijn eerste leven, verdween in 1961 door een spectaculair faillissement met schulden die kwamen door de onmogelijkheid om het succes van de Isabella te herhalen. Zijn oprichter en leider, Carl Friedrich Wilhelm Borgward, stierf in 1963. In 2015 presenteerde zijn kleinzoon Christian Borgward, samen met Karlheinz L. Knöss en de hulp van Chinese investeerders, een conceptcar met het wapenschild van zijn grootvader. De intellectuele rechten werden in 2014 aangekocht door het Chinese Foton (dochteronderneming voor bedrijfswagens van de BAIC-groep), een partner in het project. Het doel was onder andere om te profiteren van de bekendheid van het merk op de lokale markt. Een fabriek vlakbij Peking draaide vrij goed, maar de verkoopsdoelen konden niet gehaald worden. In januari 2019 verkocht Foton 69% van zijn aandelen aan twee Chinese bedrijven voor een bedrag van bijna 4 miljard yuan (490 miljoen euro). Het coronavirus deed er nog een schepje bovenop, wat de geruchten van een naderend einde nog doet aanwakkeren. Geruchten die voorlopig echter nog niet worden bevestigd...