Opinie / Thierry Van Dalen - Alles begint bij dromen

Auto’s hebben altijd deel uitgemaakt van mijn leven. Toen ik zes jaar oud was, werkte mijn vader in de verkoop bij VW. Op zaterdagochtend zette hij mijn broer Marc en mezelf af op het autosalon, met één boodschap: “Ik wil jullie de hele dag niet zien.” Voor ons was dat het mooiste moment van het jaar: een hele dag rondlopen in de grootste speelgoedwinkel ter wereld.

Urenlang hebben we de ene stand na de andere bezocht, talloze automodellen bewonderd en vergeleken, en zoveel mogelijk catalogi en stickers verzameld. Als kind werden we natuurlijk aangetrokken door sportwagens: Ferrari, Porsche, Lamborghini, Aston Martin, Maserati... En wat zouden we er niet voor over hebben gehad om die auto’s van dichtbij te kunnen bekijken!

Ferrari versus Porsche

Op een dag konden we binnenglippen op de Ferrari-stand, waar mijn broer en ik de auto’s met grote ogen voor het eerst van nabij konden bewonderen – eerbiedig, zonder ze te durven aanraken. Onze droom was echter van korte duur; een grote ‘buitenwipper’ greep ons letterlijk bij de nek en gooide ons buiten, met de mededeling dat de stand in kwestie geen plaats was voor bengels. Wat een teleurstelling!

“Mijn ogen blonken. Die dag zwoer ik dat ik op een dag in een Porsche zou rijden”

Later tijdens dat salonbezoek kwamen we terecht bij Porsche, waar de stand wél toegankelijk was. Met evenveel respect als op de Ferrari-stand toonden we ontzag voor de nieuwste 911. Totdat een standverantwoordelijke op ons afstapte… en ons aanbood om plaats te nemen in de auto.

We konden onze oren en ogen niet geloven. Toen we in de auto zaten, durfden we het stuur niet eens aan te raken. Ik herinner me nog hoe mijn ogen blonken. Die dag zwoer ik dat ik op een dag in een Porsche zou rijden. Vele jaren later werd ik, vanuit mijn hoedanigheid als autocoureur, door Porsche ingehuurd om op het autosalon met klanten en prospects proefritten te maken.

VIP-behandeling

Het was het begin van een carrière van meer dan 37 jaar bij het Duitse merk. In de periode dat ik verantwoordelijk was voor de marketing in België, zorgde ik er altijd voor dat elke bezoeker de auto’s op het salon van dichtbij kon bekijken, én kon vertrekken met een souvenir.

Ik zette die filosofie voort als dealer. Iedereen die de showroom betrad, werd verwelkomd als een vip, ook al kwamen ze alleen maar langs om te dromen. En de jongsten kregen steevast een Porsche-miniatuur mee. Meer dan eens heb ik mensen in een Porsche meegenomen voor een kennismaking ter gelegenheid van een verjaardag of om een andere reden. Hun glimlach was mijn grootste beloning.

In een tijd waarin de elektrische auto de kaarten dooreenschudt met steeds meer nieuwe constructeurs die op de markt komen, ben ik ervan overtuigd dat er altijd een plaats zal zijn voor sportwagenmerken met een rijke geschiedenis, zolang ze hun imago niet te grabbel gooien, de droom toegankelijk houden, de passie doorgeven en niet zwichten voor de lokroep van dat andere land uit Oosten.