Zich aanmelden

Met Facebook aanmelden

of

Uw informatie is niet correct.
Ik meld me aan Wachtwoord vergeten?
Er is geen Facebook-account verbonden aan de website, schrijf u in.

Wachtwoord vergeten?

×
Mijn wachtwoord opnieuw instellen
Je ontvangt een e-mail voor het instellen van een nieuw wachtwoord.
Geen account gekoppeld aan dit e-mailadres

Nog geen account?
SCHRIJF JE GRATIS IN.

Ecologie / Italië tegen het einde van de verbrandingsmotor in 2035

Geschreven door Frédéric Kevers op 01-12-2021

Italië heeft officieel bezwaar gemaakt tegen het besluit van de Europese Unie om de verkoop van nieuwe voertuigen met verbrandingsmotoren vanaf 2035 te verbieden, omdat het van mening is dat een dergelijke termijn onrealistisch is.

Na Tsjechië zegt nu ook Italië nee tegen het verbod op verbrandingsmotoren voor nieuwe voertuigen vanaf 2035. Een logisch verzet voor een land waar de auto-industrie een enorm sociaal en economisch belang vertegenwoordigt. Vergeet ook niet dat Duitsland, een ander land waar de auto-industrie een zeer groot aantal banen vertegenwoordigt, in het kader van COP26 geweigerd heeft een overeenkomst te ondertekenen om het gebruik van verbrandingsmotoren wereldwijd tegen 2040 stop te zetten, net als de Verenigde Staten en China.

>> Lees ook – Europa moet streven naar 1 miljoen openbare laadpalen tegen 2024

Veto van de grote jongens

Hoewel de automobielindustrie duidelijk wil meewerken aan een ecologische transitie en een vermindering van de CO2-uitstoot, zijn er meningsverschillen tussen fabrikanten, landen en internationale instanties omtrent de timing.

De Europese Unie wil de verkoop van nieuwe voertuigen met verbrandingsmotor vanaf 2035 verbieden, en tijdens de klimaatconferentie COP26 werd een overeenkomst om verbrandingsmotoren tegen 2040 te verbieden door een meerderheid van de actoren van de sector geratificeerd. De grootste autobedrijven staan daar echter weigerachtig tegenover. Naast Toyota en Volkswagen, de twee grootste autoconcerns ter wereld, hebben ook Duitsland, China en de Verenigde Staten de overeenkomst verworpen, evenals Italië.

Het argument, dat vergelijkbaar is met dat van de Tsjechische Republiek en Italië, is dat een dergelijke termijn een te grote druk op de sector zou leggen en een te groot risico voor de werkgelegenheid zou inhouden. Een groot deel van de werknemers in de sector, zowel van fabrikanten als van toeleveranciers, zou namelijk omgeschoold moeten worden, en het is duidelijk dat elektrische auto's minder banen zullen vergen – ook in de distributie en de service na verkoop – dan auto's met een verbrandingsmotor. Maar er is ook de kwestie van de spreiding van de investeringen die door de technologische transitie wordt opgelegd.

>> Lees ook – Tsjechië zegt nee tegen einde ICE

Italië beschermt zijn industrie

Volgens Giancarlo Giorgetti, de Italiaanse minister van Economische Ontwikkeling, "moet het transitiepakket worden herzien" zodat rekening wordt gehouden met de behoeften van de Italiaanse auto-industrie en de daarmee samenhangende sociale implicaties. En ook de onzekerheden over de relevantie van een "volledig elektrische" benadering op milieuvlak dragen bij tot de spanningen.

Voor Italië, dat sterk afhankelijk is van de auto-industrie, is 2035 een te kort tijdsbestek om verbrandingsmotoren te schrappen. De sector heeft het al moeilijk sinds FCA met PSA in zee is gegaan om Stellantis op te richten. Die fusie impliceert immers een reorganisatie van de productiesites, terwijl de Italiaanse fabrieken van het concern voor het grootste deel in een toestand van overcapaciteit verkeren.

Web Editor

BLIJF OP DE HOOGTE VAN HET LAATSTE AUTONIEUWS!
Nieuwe modellen, tests, advies, exclusieve evenementen! Het is gratis!

Ik schrijf me in

Nieuws

Aanbevolen nieuwsberichten