Ecologie / Retrofit: decreetsvoorstel op tafel in Wallonië

De techniek om een (oude) auto met verbrandingsmotor om te bouwen tot een elektrische wagen is momenteel niet verboden, maar het wordt wel heel moeilijk gemaakt om een dergelijke wagen in te voeren of te homologeren voor de openbare weg. De toestemming van de constructeur kan zelfs nodig zijn, waarmee de autoriteiten willen verzekeren dat de veiligheid overeind blijft na de transformatie.

Deze moeilijkheden beperken dus de veralgemening van dit soort ombouw. De Waalse minister van Klimaat, Energie en Mobiliteit Philippe Henry (Ecolo) ziet er echter heil in om de energietransitie te ondersteunen. Maar het zijn oppositieleden die het dossier op tafel hebben gelegd in het parlement, met inspiratie van een ministerieel besluit van Frankrijk uit 2020. De indieners willen dat er geen akkoord van de constructeur meer nodig wordt.

De wet wijzigen

Concreet staat er in het voorstel om de wet van 21 juni 1985 betreffende 'de technische eisen waaraan elk voertuig voor vervoer te land, de onderdelen ervan, evenals het veiligheidstoebehoren moeten voldoen.' Daaraan zou er een artikel 1 bis moeten worden toegevoegd om een wettelijk kader te geven aan de retrofit van een benzine- of dieselwagen om er een alternatieve aandrijving op elektriciteit of waterstof aan te geven.

Een voorstel is geen garantie dat het decreet wordt goedgekeurd, maar het is al een eerste (grote) stap. België loopt namelijk achter op onze buurlanden wat dit betreft. De verdeelde bevoegdheden bemoeilijken de taak met de regionalisering van de technische controle, terwijl de voorschriften worden opgelegd door de federale overheid. Daarbij komen nog de internationale homologatieregels binnen de EU, enzovoort.

Niet hetzelfde standpunt

Er is dus dringend een consensus nodig op verschillende machtsniveaus. Het zou absurd zijn dat Wallonië het retrofitten goedkeurt, terwijl Vlaanderen en Brussel tegen zijn. Toch lijkt het in deze richting te gaan. Vlaanderen en Brussel zien een geëlektrificeerde oldtimer namelijk als een nieuwe wagen, met ook de daarbij horende veiligheidseisen. Voor deze gewesten moet een toename van het vermogen gepaard gaan met veiligheidsvoorzieningen zoals ABS, ESP enzovoort. Het zou echter perfect mogelijk zijn om voorschriften op te leggen om het verschil in vermogen te beperken, net als het gewicht en de verdeling ervan. Het dossier is dus erg complex, met verschillende overwegingen en tegengestelde interpretaties...

Het zou een goede zaak zijn als er erkende installateurs zouden zijn die youngtimers en oldtimers mogen voorzien van een geschikte elektrische aandrijflijn tegen een beperkte kost. Het zou aansluiten bij onze evoluerende mobiliteit, terwijl het ook een nieuwe markt zou openen en de fiscale lasten van oldtimers zou verlichten,  die dan ook in lage-emissiezones zouden mogen rijden. De oldtimerfederaties en -verenigingen zouden aangesproken kunnen worden om te helpen realistische en veilige technische normen op te stellen, en ook de mogelijkheid om de auto's achteraf weer om te bouwen naar hun originele staat. Hoewel het voor sommigen nog steeds als heiligschennis zal worden beschouwd...

Foto's: test door Waals parlementslid Julien Matagne (cdH) van een auto die werd omgebouwd door het Franse bedrijf Transition One, dat stadsauto's en lichte bedrijfswagens elektrificeert.