Een paar weken terug hoorden we Joost Kaesemans van invoerdersfederatie Febiac nog eens een lans breken voor een (billijke) kilometerheffing in België voor alle voertuigen. Een paar dagen daarvoor had de officieuze premier van dit land, Bart De Wever, het halsstarrige stilzwijgen van zijn N-VA hierover doorbroken met de mededeling dat zo’n kilometerheffing op langere termijn waarschijnlijk onvermijdelijk is. Maar hij voegde er direct aan toe dat hoogstwaarschijnlijk geen enkele politieke partij – en al zeker de N-VA niet – van die heffing een punt zou maken voor de komende verkiezingen, omdat er weinig stemmen mee te winnen zouden zijn, wel integendeel.
Kortom, we zitten hier met een omgekeerde wereld: de autolobby die ervoor pleit een nieuw soort belasting op zijn producten op te starten, de beleidsmensen die ervoor terugschrikken omdat er geen “maatschappelijk draagvlak” zou bestaan voor een dergelijke maatregel. Daarmee is de nieuwste dooddoener weer eens bovengehaald: als politici iets niet zien zitten vanwege te riskant, te duur of (politiek) niet interessant genoeg, is er “geen maatschappelijk draagvlak”. Is het een gebrek aan moed of aan deskundigheid (of allebei)?
Natuurlijk betaalt niemand graag belastingen en zeker de modale Belg niet, maar die modale Belg wil ook graag iets doen aan de ellenlange files waar hij elke dag in zit en wil ook graag de buitenlanders en de transportsector (binnen-of buitenlands) laten betalen voor het gebruik van (en de schade aan) de infrastructuur waarvoor hij elk jaar bijdraagt via de belastingen (BIV, verkeersbelasting, accijnzen op brandstof, enzovoort).
De vrees van de man in de straat is echter niet ongegrond: niet voor niets pleiten een federatie als Febiac, maar ook werkgeversorganisaties zoals VBO en Voka, voor een verschuiving van de belasting, niet voor een verhoging ervan. De bedoeling van een kilometerheffing is dat het gebruik van de auto wordt belast en niet het bezit ervan. In modieuze termen spreekt men dan van een variabilisering van de kosten van de auto.
Maar om een (min of meer substantiële) invloed te kunnen hebben op de (nog altijd toenemende) verkeersstromen in ons land moet die kilometerheffing ook ‘slim’ zijn. Dat wil zeggen dat het systeem moet kunnen herkennen waar en wanneer iemand rijdt zodat hij of zij meer of minder belast kan worden, om zo die verkeersstromen beter te sturen en onder controle te krijgen.
Maar dan zullen de werkgevers er ook mee akkoord moeten gaan dat werknemers vroeger of later op hun werk arriveren of gewoon af en toe thuisblijven; de flexibiliteit kan niet altijd van dezelfde kant komen. En onze politici? Die zijn er als de dood voor dat zo’n ‘slimme’ belasting minder opbrengt dan de huidige, zodat ze de gaten in hun begroting niet meer opgevuld krijgen met dit goedgevulde potje. Dus is er “een gebrek aan maatschappelijk draagvlak”...
BLIJF OP DE HOOGTE VAN HET LAATSTE AUTONIEUWS!
Nieuwe modellen, tests, advies, exclusieve evenementen! Het is gratis!