We hebben net de overgang van zomer- naar winteruur achter de rug en zitten in de donkerste maanden van het jaar. De hoogste tijd dus om de nodige aandacht te besteden aan de zichtbaarheid op en rond ons wegennet. Zien en gezien worden is daarbij het onvoorwaardelijke devies. Zoals haast alle jongens in de jaren zestig droomde ik ervan om piloot te worden. Mij in een vliegtuig (of helikopter, nog intrigerender) aan de zwaartekracht onttrekken en het ijle luchtruim kiezen: een aantrekkelijke gedachte. Toen ik nauwelijks tien was, werd die droom al vlug aan diggelen geslagen door de diagnose van een oogafwijking en de komst van mijn eerste bril, een voorwerp dat mij sindsdien niet meer heeft verlaten.
Is het daarom dat ik aan goed zien altijd heel veel belang heb gehecht? Recent nog kreeg ik van lenzenproducent Zeiss de mogelijkheid om hun nieuwste product op het vlak van brilglazen te ontdekken, speciaal gericht op mensen die veel in de auto vertoeven. De DriveSafe-lenzen met blauwe coating moeten ervoor zorgen dat reflecties (bij nat en donker weer) worden beperkt, en na een grondige test gedurende ettelijke maanden hebben we proefondervindelijk kunnen vaststellen dat het wel degelijk helpt.
Maar goed zien betekent ook vooruitzien. En daar ontbreekt het heel wat automobilisten toch aan. Op veel verkeerssituaties die zich relatief lang op voorhand aankondigen, wordt pas op het laatste moment gereageerd, dikwijls al iets te laat, met alle commotie vandien bij andere weggebruikers. Het kan nog erger: we rusten onze auto’s steeds beter uit, maar richtingaanwijzers zijn blijkbaar een ‘optie’ die maar al te weinig wordt gekozen. Trouwens, wie weet dat je bij het verlaten van een rotonde die richtingaanwijzer dient te gebruiken (ook al rij je bij wijze van spreken rechtdoor), en wie past dit ook systematisch toe? Bij de eerste categorie durven we nog op een vrij hoog percentage hopen, van de tweede soort zijn er wellicht al heel wat minder. Nochtans is het niet alleen veiliger, het bevordert ook de verkeersdoorstroming.
Over doorstroming gesproken, onze wegbeheerders hebben er de laatste decennia naar gestreefd om die zo veel mogelijk te fnuiken met als (drog?)reden de veiligheid van alle verkeersdeelnemers. De beste manier om iedere deelnemer zo veilig mogelijk aan/in dat verkeer te laten participeren, is echter hen zo veel mogelijk van elkaar gescheiden te houden. Voor fietsers en voetgangers denk je dan in de eerste plaats aan brede, gescheiden fietspaden en al even brede, goed verhoogde en van weinig onnodige obstakels voorziene voetpaden. Waar dit fysiek niet of veel minder makkelijk kan – we denken daarbij in de eerste plaats aan de drukke, oude binnenstad – moeten gedurfdere keuzes gemaakt worden, tot het bannen van de auto toe, op voorwaarde dat voor volwaardige alternatieven wordt gezorgd. Dat ontslaat de ‘zwakke’ weggebruikers natuurlijk hoegenaamd niet van hun verantwoordelijkheid, maar daar komen we later nog op terug. In elk geval nog heel wat stof om over na te denken…
BLIJF OP DE HOOGTE VAN HET LAATSTE AUTONIEUWS!
Nieuwe modellen, tests, advies, exclusieve evenementen! Het is gratis!