Editoriaal / Kloofje?

Wie tegenwoordig de actualiteit nog enigszins volgt, kan er niet omheen: zowat overal in de wereld groeit de kloof tussen de welgestelden en de minder gefortuneerden (de haves en de have nots als u wil), terwijl de middenklasse (zwaar) onder druk staat. Dat was ook zo’n beetje de indruk die we overhielden aan het salon van Genève. De expohallen vlakbij de Geneefse luchthaven zijn altijd al een jaarlijks verzameloord geweest van de meest exclusieve of  weinig bekende merken – doorgaans hebben de meeste daarvan maar een budget om één keer per jaar in de spotlights te staan – maar dit jaar was het toch wel héél opvallend.

Uiteraard zijn er de usual suspects die voor het lentesalon aan de oevers van het Lémanmeer alles uit de kast halen, genre Bugatti, Lamborghini, Aston Martin, Ferrari, enzovoort, en daarnaast ook de koetswerkbouwers die (als ze nog bestaan) nog eens alle registers opentrekken om hun aanwezigheid kenbaar te maken. Getuige daarvan Touring Superleggera, dat zijn negentigste verjaardag (wel met een gat van zo’n veertig jaar tussen 1967 en 2007) vierde met een van de meest bekeken auto’s op het salon, de Alfa Romeo Disco Volante Spyder, waarover u elders in dit nummer meer leest. Maar er zijn ook altijd minder of meer obscure merken, die we soms voor het eerst – en jammer genoeg vaak ook voor het laatst – zien op een of andere aflevering van Genève. Zal dat deze keer het geval zijn voor exoten als Arash, Lykan, Rimac, Sin of Zenvo? Onze aandacht ging in eerste instantie naar het verbazingwekkende Techrules (uit China), maar daarover hoort u in een van volgende nummers meer.

Daarnaast zijn er natuurlijk de ‘gewone’ auto’s, die niettemin de aandacht blijven trekken. Dat begon al op de vooravond van de persdag, toen de nieuwe Opel Astra zich tot Auto van het Jaar 2016 gekroond zag (ook daarover binnenkort meer), maar het is buiten kijf dat in deze categorie de kersverse Renault Scénic hoge ogen gooide en dat heel wat merken in dit C-segment iets interessants te bieden hadden (het weze dan een hatchback, een eenvolumer of een SUV) – ik denk aan de Audi Q2, Honda Civic, Hyundai Ioniq, Kia Niro, Opel Mokka X, Peugeot 2008, SsangYong Tivoli, Toyota C-HR, Volvo V40 en dergelijke. 

Tussen beide categorieën in, waar vooral de premiumconstructeurs (al dan niet would-be-) om de gunst van het publiek strijden, lijkt de lucht toch ijler te worden. Natuurlijk was er de onvermijdelijke E-Klasse die de aandacht trok (maar toch minder dan verwacht, aangezien hij al in Detroit stond) en de wat eigenzinnige Volvo S90/V90, en hebben de meeste prestigemerken goede jaarresultaten neergezet, maar toch was er een zekere ongerustheid die (veelal onderhuids) werd geventileerd: China koelt af, Europa is niet dé groeimarkt en de concurrentie is er moordend (met al die massaconstructeurs die hogerop willen) en de VS gaat zich weer te buiten aan trucks zo lang de olie zo goedkoop blijft, en die maken ze daar vooral zelf. Hoofdbrekens dus, maar dan vooral achter de schermen: op de stands was Genève zijn uitbundige zelf.