We stonden afgelopen zomer aan de grens tussen Kroatië en Montenegro. De reis was voorspoedig verlopen, maar het blijft een heel eind met drie kinderen op de achterbank. Bovendien was het bloedheet: zodra we de deur van de auto openden, duwde warmte je onverwijld weer naar binnen. Dan ga je een goed functionerende airconditioning echt appreciëren. Een honderdtal meter en een auto of twintig scheidden ons van de grensovergang, maar de slagbomen gingen maar heel af en toe open om een wagen door te laten.
De douaniers van dienst hadden hun handen vol met een panikerende Italiaan wiens partner vruchteloos naar haar paspoort zocht. De achterklep open, de bagage op het smeltende asfalt en een heleboel drama. De scheldtirades en tranen leken de gapende grenswachters niets te kunnen schelen; alsof hun uniform hen immuun maakte voor menselijke emoties. Drie uur later waren we nauwelijks opgeschoten.
Als kinderen van een eengemaakt Europa zijn grensovergangen waar je urenlang moet wachten, hen volledig vreemd.
Mijn nageslacht wist niet wat er gebeurde. Als kinderen van een eengemaakt Europa zijn grensovergangen waar je urenlang moet wachten, hen volledig vreemd. Een auto is vrijheid, dat heb ik hen altijd geleerd. Je stapt in en je rijdt, of dat dan naar Berlijn, Parijs of Westvleteren is – je mag enkel niet naar Budva of Kotor willen, weten ze intussen.
Nu staat die vrijheid flink onder druk, zelfs nu de meeste grenzen open zijn. Je hebt de steeds langere files die zelfs de krachtigste wagens aan het wandelen krijgen. En als je dan toch een keertje kunt doorrijden, kijk je geheid tegen gereduceerde maximumsnelheden en rigoureuze trajectcontroles aan. En laat me niet beginnen over al die ingenieuze verkeersremmers en andere nonsens waarmee prachtige steden ontsierd worden.
Onder het mom van verkeersveiligheid wringen ze elke vorm van mobiliteit genadeloos de nek om, waardoor je nergens meer raakt. Toch niet op tijd. Ergens parkeren, nog zoiets. Het wordt altijd moeilijker en steevast duurder – soms lijkt het goedkoper om rond te blijven rijden dan je een plaatsje te zoeken. Behalve als je een laadpaal nodig hebt, want dan neemt de stress om een vrij exemplaar te vinden al snel over.
Onder het mom van verkeersveiligheid wringen ze elke vorm van mobiliteit genadeloos de nek om, waardoor je nergens meer raakt.
Het wordt helemaal dolletjes als je voorbij de kerktoren rijdt. Je moet rekening houden met lage-emissiezones, die bovendien niet overal dezelfde Euro-normen hanteren. En dat verbetert niet als je voorbij Vlaanderen kijkt, want elk land en elke stad gebruikt zijn eigen regelset. De ene belast zware, de andere grote auto’s. De ene gebruikt stickers die je achter de voorruit moet kleven, elders zijn het digitale aanmeldformulieren. Soms kan het on the spot, elders moet je een hele procedure ondergaan.
Dát zijn de nieuwe grenzen, opgetrokken door de beleidsmakers en gecontroleerd door peperdure camera’s en computers. Is het voor al die Europese landen die samen beslisten om de grenzen te openen, echt zo moeilijk om aan één zeel te trekken en duidelijke afspraken te maken die voor het hele EU-grondgebied van kracht zijn? Zodat we weer dat gevoel van vrijheid krijgen, dat de auto onderscheidt van al die andere cashcows waarmee leeggeroofde belastingspotjes weer gevuld worden?
“Stop met zagen schat”, zucht mijn vrouw, terwijl ze opzichtig met haar ogen rolt. “Ja, het is vakantie, papa”, vult mijn oudste dochter aan. Er klopt iemand op de zijruit van de auto. De grensbeambte doet alsof hij de paspoorten controleert en opent de slagbomen. Best mooi, Montenegro. Wel ver rijden.
BLIJF OP DE HOOGTE VAN HET LAATSTE AUTONIEUWS!
Nieuwe modellen, tests, advies, exclusieve evenementen! Het is gratis!