Porsche renoveerde een 911 2.5 S/T, waarvan in totaal 24 exemplaren geproduceerd zijn. De auto werd in bedenkelijke staat teruggevonden in de Verenigde Staten na een bewogen carrière aldaar. Restauratiespecialisten van de constructeur leverden grondig werk, vooral aan het koetswerk, om de auto zijn glans terug te geven. Hij steekt zelfs weer in de livrei van zijn overwinning in Le Mans in 1972. De coupé, die in 1971 gebouwd werd op basis van de 911 2.4 S Coupé, was bestemd voor de autosport en gehomologeerd voor Groep 3 en Groep 4.
Langeafstandsraces
Deze 911 2.5 S/T nam deel aan uithoudingskampioenschappen in de Verenigde Staten en Europa, meer bepaald de 6 uren van Daytona, de 12 uren van Sebring, de 1.000 km van de Nürburgring en de 24 uren van Le Mans. Op het circuit van Le Mans eindigde hij eerste in zijn categorie – de GT’s met minder dan drie liter – met het trio Jürgen Barth, Mike Keyser en Sylvain Garant van het team Louis Mezanarie. Hij eindigde zelfs dertiende in het algemene klassement.
Uitdaging
Al snel bleek dat de restauratie een kolossaal werk zou worden. De deels ontmantelde auto had heel wat schade. Bovendien vertoonde hij gebreken aan het koetswerk, de transmissietunnel en het dak door een ongeval en ‘onprofessionele’ herstellingen. Daarom werd besloten om een nieuw dak en een nieuwe bodem voor de brandstoftank te plaatsen. Door het moeilijke werk aan het koetswerk moesten ook de zijvleugels opnieuw vervaardigd worden.
In Essen
Na het delicate deel van de restauratie, kreeg de 911 2.5 S/T een nieuwe lak (elektrostatische dompellak) om hem te beschermen tegen corrosie op lange termijn. Daarna werd de gele verf (code 117) zoals in 1972 aangebracht. Tot slot gaf het team van Porsche het interieur van de racecoupé zijn jeugd terug. De vrucht van hun werk wordt na twee jaar voorgesteld tijdens Techno Classica Essen, dat nog tot zondag plaatsvindt.
BLIJF OP DE HOOGTE VAN HET LAATSTE AUTONIEUWS!
Nieuwe modellen, tests, advies, exclusieve evenementen! Het is gratis!