Zes jaar na het verdwijnen van de MiTo heeft Alfa Romeo opnieuw een stadsauto in zijn gamma. Als teken des tijds is de Junior – die oorspronkelijk Milano was gedoopt – echter een soort van cross-over geworden. Het nogal aparte koetswerkdesign zal wellicht niet iedereen van bij de eerste aanblik verleiden, maar in ieder geval weet de Junior zijn technische verwantschap met andere Stellantis-modellen als de Peugeot 2008, de Jeep Avenger, de Fiat 600 of de DS 3 goed te verbergen. Ook binnenin, met een heel eigen dashboard en achter het stuur de twee kokers die zo typisch zijn voor Alfa, ook al zijn de instrumenten volledig digitaal. In het midden is plaats voor een aanraakscherm van 10,25 duim. De materiaalkeuze is echter wat minder, met veel harde kunststoffen, zelfs voor goed zichtbare delen.
Bij de lancering werd de nadruk gelegd op de volledig elektrische variant. Niet onlogisch, aangezien die Junior Elettrica de allereerste productie-EV van het Milanese merk is. Toch voorziet Alfa ook in een versie met verbrandingsmotor. Die heet Ibrida, wat enigszins misleidend is. Het betreft namelijk ‘maar’ een combinatie met 48-volttechnologie. Niettemin kan de Junior Ibrida korte afstanden volledig elektrisch afleggen, weliswaar niet zoals een volwaardige hybride. De benzinemotor is de 1.2-driecilinder die we al kennen van het vroegere PAS, al werd die ondertussen wel verbeterd. Dit aandrijfgeheel is in de Junior goed voor 136 pk.
Ondanks zijn gedeelde genen weet de Alfa Romeo Junior zich goed te onderscheiden van zijn technische neven. Alleen kosten die doorgaans wel wat minder en zal niet iedereen vallen voor de looks van deze Italiaanse cross-over.