Nostalgie / Terug naar de toekomst met de Alfa Romeo Canguro uit 1964

Alfa Romeo viert de honderdste verjaardag van zijn Quadrifoglio-badge met een beperkte reeks van de Giulia en Stelvio Quadrifoglio. In de honderd jaar heeft het beroemde klavertje vier heel wat Alfa Romeo-racewagens gesierd, maar ook sportieve topversies van productiemodellen. En prototypes, zoals de Alfa Romeo Canguro.

Die laatste maakte in oktober 1964 zijn opwachting op het salon van Parijs en stond op het buizenchassis van de Giulia TZ2 waarmee Alfa in de jaren 60 furore maakte op de circuits. De Canguro was een voorstel van Giorgetto Giugiaro – die op dat moment in dienst was van Bertone – voor een straatauto die de successen van de TZ-racewagens kon verzilveren.

LEES OOK AutoGids' Terug naar de Toekomst - modeloverzicht van A tot Z

Gestroomlijnd

De Alfa Romeo Canguro pakte uit met sensuele vormen, met als opvallende kenmerken deuren die doorliepen tot in het dak. Het koetswerk dat over het stalen buizenframe was gedrapeerd, zag er erg gestroomlijnd uit. Het was gemaakt van glasvezel (in plaats van aluminium zoals bij de door Zagato ontworpen maar bij Autodelta gebouwde TZ), terwijl de voorruit erin gelijmd was, wat toen nog erg innovatief was.

De gebogen achterruit en het plexiglas over de koplampen droegen bij tot de persoonlijkheid van de Canguro (Italiaans voor... kangoeroe), net als de ventilatiesleuven in de voorste spatborden. Die laatste zouden later terugkeren in andere Bertone-ontwerpen, zoals de Montreal.

Voor de aandrijving zorgde de 1.6-viercilinder van Alfa, die via een vijfversnellingsbak het vermogen doorsluisde naar de achterwielen. De wielen waren trouwens unieke Campagnolo's van 13 duim, vervaardigd van gesmeed magnesium.

Gecrasht en hersteld

Hoewel de Canguro positief onthaald werd op het salon van Parijs waar hij werd voorgesteld, zou het toch niet tot een productieversie komen. Bovendien raakte het unieke prototype ook nog eens zwaar beschadigd op het circuit van Monza na een aanrijding met een ander prototype van Bertone.

Het wrak werd lange tijd onaangeroerd gelaten op de terreinen van Bertone, maar werd uiteindelijk verkocht aan een Japanse zakenman die de auto liet restaureren, waarna de in volle glorie herstelde bolide werd verkozen tot Best of Show op het concours d'élégance van Villa d'Este.