>>> Dit Vintage-artikel werd geschreven door Stany Meurer en verscheen in AutoGids 10764 (27/01/2021)
De geschiedenis van de 309 GTi begint in 1987. Gesterkt door de sportieve successen van de 205 in de rallysport én door de grote vraag naar de 205 GTi breidde Peugeot dat jaar zijn catalogus van sportieve modellen uit met de 309 GTI, uitgerust met de 1,9-liter met acht kleppen en 130 pk uit de gelijknamige 205. Het idee was om op die manier een alternatief te bieden voor de Volkswagen Golf GTI (die ruimer was dan de 205) en zo een ander cliënteel aan te boren. Maar de mayonaise pakte niet.
Hernemen als een M3
Hoe fijn de 309 GTi ook reed, hij had het toch moeilijk om een publiek aan te spreken. In Frankrijk werd hij nog min of meer naar waarde geschat, maar in andere landen werd hij maar scheef aangekeken. Door zijn gebrek aan uitstraling wist de 309 GTi enkel de echte liefhebbers te verleiden, die hem beschouwden als de homogeenste van alle sportieve Peugeots. Ondanks die erkenning door insiders leidde de 309 GTi een kwijnend bestaan in de schaduw van grote ster 205. Peugeot was gefrustreerd over die situatie en besliste daarom om de 309 een duwtje in de rug te geven bij zijn facelift in 1989.
Om de 309 GTi van zijn complexen af te helpen lepelde de constructeur bij die gelegenheid het blok van 1.905 cc met een cilinderkop met zestien kleppen uit de 405 Mi16 in zijn neus, goed voor maar liefst 160 pk. Die winst van 30 pk veranderde de brave 309 niet alleen in een echte raket, maar transformeerde ook zijn karakter.
Dankzij een laag gewicht (975 kilo) en een versnellingsbakspreiding die nog niet aan de dictaten van de ecologie moest gehoorzamen, tekende de 309 GTi 16 voor prestaties van de bovenste plank. Wij klokten destijds een 400 meter vanuit stilstand af in 15,4 seconden en de kilometer in 28,3 seconden – tijden die niet hoefden onder te doen voor die van een BMW 325i of een Renault 21 Turbo uit dezelfde periode. Nog verbluffender: de hernemingen van de 309 GTi 16 waren van het kaliber BMW M3 of Ford Sierra RS Cosworth.
Lawaaimaker
Die verbijsterende prestaties gingen gepaard met een oorverdovend kabaal: de heel rauwe klank van de GTi 16 weet de oren te prikkelen, maar het permanent opdringerige lawaai wordt in de praktijk snel vermoeiend. En wat in 1989 nog een banaal punt van kritiek leek, wordt een groot gebrek voor wie anno 2021 zijn 309 GTi 16 dagelijks wil gebruiken.
De versnellingsbak werd in een Frans autoblad ooit omschreven als “een droom” en als “de referentie voor alle sportwagens, door zijn precisie, zijn zachtheid, zijn kwaliteitsvolle vergrendelingen, zijn snelle schakelbewegingen en zijn perfect aangepaste spreiding”. Enig chauvinisme is bij onze zuiderburen natuurlijk nooit veraf. Voor de spreiding en de zachtheid kunnen we volgen, maar die andere loftuitingen zijn toch met een korreltje zout te nemen. Bovendien blijkt de synchronisatie fragiel en verslijt de versnellingsbak voortijdig als het onderhoud niet nauwgezet wordt opgevolgd, wat het plaatje toch wat minder rooskleurig maakt.
Finesse
De remmen worden uiteraard goed geholpen door het pluimgewicht van de auto… maar minder door de harde banden waarmee Peugeot de GTi 16 standaard uitrustte. Dat leidde al eens tot blokkerende voorwielen wanneer je te brutaal op de rem ging staan (van ABS was nog geen sprake). Deze auto vraagt nog om finesse, in tegenstelling tot zijn equivalenten vandaag, waar je doorgaans zonder gevaarlijke gevolgen het middelste pedaal tegen de vloer mag trappen dankzij de vele elektronische bewaarengelen.
Net zoals de oorspronkelijke 309 GTi is de ‘16’ uitgerust met een stuurbekrachtiging, die volgens de testverslagen uit die tijd precies was wat ze moest zijn. Ook voormalig collega Jean-Jacques Cornaert sprak in AutoGids nummer 267 van 28 december 1989 lovende woorden: “Ondanks de levendige motor zijn er nauwelijks koppelreacties in het stuur en ondervindt dat draaiwiel geen enkele hinder van parasietreacties op oneffen wegen. Voor een zo krachtige voorwieltrekker heeft Peugeot uitstekend werk geleverd.”
Speels
Daarmee komen we bij wat zonder twijfel hét sterkste punt van de 309 GTi is: zijn bijzonder speelse en verduiveld efficiënte chassis. En dan vooral die voortrein, die het vermogen perfect verteert. Maar opgelet: verslik je niet in het levendige karakter van de lichte achteras, die niets liever wil dan de voorkant inhalen bij het aansnijden van een bocht – zeker als je de auto probeert te ‘zetten’ met een lastwissel, door brutaal van het gas te gaan. Of zoals een Franstalig autoblad het verwoordde: “De 309 is een bom die een minimum aan ernst vereist, op straffe van een kennismaking met het decor bij de eerste gelegenheid.” Een gewaarschuwd man is er twee waard.
Zeldzaam
Misschien ligt het aan dat zeer listige rijgedrag dat beginnelingen of te grote optimisten weinig vergaf, of misschien aan zijn beperkte succes (tussen 1989 en 1993 zijn minder dan 6.000 exemplaren gebouwd), maar vandaag is het in elk geval moeilijk om een mooie 309 GTi 16 te vinden. Nieuw kostte hij destijds 667.500 Belgische frank (een dikke 16.500 euro), een bedrag dat je kon verhogen door de optie ‘schuifdak’ aan te vinken (14.300 frank, 350 euro). Als je er vandaag nog één kunt vinden én als de eigenaar bereid is om er afstand van te doen, kun je een 309 GTi 16 op de kop tikken voor minder dan 10.000 euro... Dat is duidelijk minder dan wat je betaalt voor een 205 GTi, die nochtans veel couranter is, maar toch meer gegeerd.
Om af te sluiten verwijzen we nog één keer naar Jean-Jacques Cornaert, die destijds zijn wegtest van de 309 GTi 16 in AutoGids afsloot met de volgende conclusie: “Men krijgt met deze 309 GTi 16V drie auto’s in één. Eén voor de rally, één voor op reis en één voor elke dag. Sommige constructeurs maken van hun GTi een comfortabele gezinswagen. Peugeot deed dat niet. Het koos voor een sportstijl die wel wat rijmoeite kost, maar dan heel doeltreffend overkomt. Dit is geen auto voor onervaren pubers. Deze 309 is bikkelhard en stelt hoge eisen aan de chauffeur die er alles wil uithalen. Om zijn lelijkheid werd hij misprezen, maar hij neemt nu weerwraak met zijn intelligentie.”
Daarmee is alles gezegd. De 309 GTi 16 is een compromisloze sportieveling zoals je ze alleen eind jaren tachtig, begin jaren negentig kon kopen. Vandaag is het ondenkbaar dat zo’n model zou worden gebouwd en het is een illusie te denken dat dergelijke auto’s ooit nog terugkeren. Of dat positief is of niet, daarover kun je discussiëren, maar het is wel een feit dat zo’n extreme sportieveling als deze 309 GTi 16 nauwelijks nog aangepast is aan de huidige rijomstandigheden. Tenzij misschien om rubber te gaan verslijten op een heel bochtig getekend circuit, waarbij de openbare weg niet meer dan een overbrugging is tussen twee circuits waar je je in het zweet werkt...
BLIJF OP DE HOOGTE VAN HET LAATSTE AUTONIEUWS!
Nieuwe modellen, tests, advies, exclusieve evenementen! Het is gratis!