1. Toyota Prius – vanaf 3.500 euro
De Toyota Prius is de pionier van de full hybrides (dat betekent dat ze zich gedurende een paar honderden meters zuiver elektrisch kunnen voortbewegen) en is aan zijn vijfde generatie bezig. De eerste (1997-2005, 5,0 l/100 km) zag er niet bepaald mooi uit, maar blijkt bijzonder betrouwbaar met zijn doodeenvoudige nikkel-metaalhydride batterij, die niet oververhit en die nog nooit echte fouten heeft gekend. Ze moet niet aan de stekker worden herladen en regenereert automatisch tijdens het remmen of via de verbrandingsmotor. Kies echter beter voor de tweede generatie (2003-2009, vanaf zo’n 5.000 euro, 4,3 l/100 km of 104 g CO2/km) of de derde (2009-2016, vanaf zo’n 9.000-10.000 euro, 4,0 l/100 km, 92 g CO2/km), die weliswaar wat duurder zijn, maar die comfortabeler, praktischer en uiterlijk meer geslaagd zijn. Probeer modellen te vermijden die in een groot wagenpark zijn gebruikt, bijvoorbeeld als taxi, want die zullen uiteraard meer hebben afgezien. Je moet ook leren leven met de overbrenging via epicycloïdaal tandwielstelsel, die een rijervaring biedt zoals een CVT-automaat, wat niet altijd even aangenaam is. De kilometerstanden van sommige exemplaren kunnen hoog oplopen, maar de aandrijflijn is betrouwbaar en bij gebrek aan een klassieke versnellingsbak moet er geen koppeling worden vervangen.
- Energetische efficiëntie
- Echte hybride
- Ruimte aan boord
- CVT-effect overbrenging
- Behoorlijk plastiekerige afwerking
- Geluiddemping kan beter
2. Honda CR-Z – vanaf 6.500 euro – 5,0 l/100 km of 117 g/km
Honda bouwt al lang hybrides, maar heeft daar vreemd genoeg nooit echt mee uitgepakt. In tegenstelling tot de Prius is dit geen full hybride. De hybridisering komt hier de verbrandingsmotor ondersteunen via een kleine batterij en een elektromotor die op het vliegwiel is bevestigd. Als gevolg daarvan kan de auto zich niet zuiver elektrisch verplaatsen, zelfs niet over een paar meter. Omgekeerd moet je hem ook niet thuis herladen. Het plezier van deze hybride moet je elders gaan zoeken: in zijn sympathieke coupé-look en in zijn rijplezier dankzij een aandrijflijn van 115 pk.
- Dynamisch rijgedrag
- Toffe look
- Bewezen betrouwbaarheid
- Geen full hybrid
- Binnenruimte
- Plastiekerige afwerking
3. Opel Ampera – vanaf 11.000 euro – 1,2 l/100 km of 27 g/km
De Opel Ampera is identiek aan de Chevrolet Volt en was een van de eerste plug-in hybrides op de markt. Hij onderscheidt zich vooral door het feit dat de elektromotor op zijn eentje de aandrijving van de auto op zich neemt en dat de verbrandingsmotor enkel een generator aandrijft die de batterij herlaadt als dat nodig is. De verbrandingsmotor start automatisch zodra de batterijlading onder de 30 procent gaat. In zuiver elektrische modus geraakt de auto ongeveer 50 kilometer ver met zijn lithium-ionaccu van 10,5 reëel beschikbare kWh, hoewel de brutocapaciteit 16 kWh is. Deze batterij laat zich herladen aan de stekker via de kabel in de auto of onderweg op momenten dat energie kan worden gerecupereerd: op afdalingen, bij vertragen door gas te lossen of bij het remmen. Maar hij kan ook rechtstreeks worden opgeladen door de verbrandingsmotor zodat hij nog eens 400 extra kilometer rijbereik kan bieden. Maar dan heeft het niet echt zin meer om met een hybride te rijden. Merk op dat op de batterijen een garantie werd gegeven van 8 jaar, wat toch wat drempelvrees moet kunnen wegnemen.
- Design
- Technologie
- Design
- Afwerking
- Traag laden
- Beperkt elektrisch rijbereik
4. Mitsubishi Outlander PHEV – ongeveer 14.000 euro – 1,9 l/100 km of 44 g/km
Slechts weinig hybrides kenden zo snel zo veel succes als de Outlander. Deze Mitsubishi werd een must-have omdat je een SUV kocht met een CO2-uitstoot van slechts 44 g/km. Het bijzondere van deze Outlander is dat hij zijn elektromotor en zijn batterij als belangrijkste energiebron gebruikt. Wanneer de batterij leeg is, neemt de verbrandingsmotor de rol van generator op om ze te herladen. Maar hij kan ook met de voorwielen worden verbonden via een koppeling als de vermogensvraag heel groot is. Bij dagelijks gebruik mag je uitgaan van een elektrisch rijbereik van 20 tot 25 kilometer. Het model blijft een heel aantrekkelijke aanbieding en is bijzonder in trek op de markt, wat ook zijn gevolgen heeft voor de herverkoopwaarde.
- Doorwrochte technologie
- Betrouwbaarheid (geen versnellingsbak)
- Binnenruimte
- Afwerking
- Geluidscomfort
- Geen zevenzitsversie
5. Audi A3 e-tron – vanaf 20.000 euro – 1,7 l/100 km of 40 g/km
De Audi A3 e-tron is moeilijk te vinden, wat uiteraard leidt tot hogere waardes op de tweedehandsmarkt. Alle beschikbare auto’s daar zijn namelijk vrij recent en schommelen daarom rond de 20.000 à 22.000 euro. Concreet combineert deze A3 een 1.4 TFSI van 150 pk met een elektromotor van 75 kW, wat resulteert in een gecumuleerd vermogen van ongeveer 200 pk. De aan de stekker te herladen lithium-ionbatterij laat je zo’n 25 kilometer zuiver elektrisch rijden, waarna de verbrandingsmotor het stokje overneemt. Die laatste kan ook worden geforceerd om de batterij te herladen, maar dat leidt dan wel tot een gevoelig hoger verbruik. Je kan ook voor een automatische hybride modus kiezen, waarbij de sturing het gebruik van de elektro- en de verbrandingsmotor zelf regelt om het verbruik te drukken zonder dat de bestuurder zich daar iets van moet aantrekken.
- Rijplezier
- Prestaties
- Geslaagde hybridisering
- Prijs en zeldzaamheid
- Kleinere koffer (batterij)
- Vaak beperkte uitrusting
6. Hyundai Ioniq HEV – vanaf 20.000 euro – 3,4 l/100 km of 79 g/km
Net zoals de Audi A3 is de Ioniq duur op de tweedehandsmarkt. Maar dat is vooral omdat hij nog zeer recent is, aangezien hij in 2017 op de markt kwam. Daardoor geniet hij natuurlijk wel de jongste technologie. De Ioniq is ook verkrijgbaar als plug-in hybride, maar die bespreken we hier niet. De HEV-versie werkt zoals de Toyota Prius of Auris, wat betekent dat de belangrijkste energiebron de verbrandingsmotor is. De batterij moet dus niet aan de stekker worden herladen en recupereert ofwel energie bij het vertragen ofwel via de verbrandingsmotor. De batterij die de benzinemotor komt ondersteunen kan hem echter wel meerdere honderden meters – of voor de meest ervaren bestuurders zelfs meerdere kilometers – aflossen. Merk trouwens op dat Hyundai kiest voor een versnellingsbak met dubbele koppeling.
- Geslaagde hybridisering
- Comfort
- Ruimte en veelzijdigheid
- Nog duur
- Hoofdruimte achteri
- Gevoelig voor zijwind
7. BMW 330e – vanaf 30.000 euro – 1,9 l/100 km of 45 g/km
Naast de zuiver elektrische “i”-modellen biedt BMW ook plug-in hybrides aan, waaronder de 3-Reeks. Die is nog vrij duur, aangezien hij een premiumberline is en blijft. Los van het ecologische aspect zet de 3-Reeks ook in op prestaties, want de combinatie van de elektrische en de verbrandingsmotor piekt bij 252 pk, waardoor de auto van 0 naar 100 km/u optrekt in 6 seconden. De aan de stekker herlaadbare batterij slikt minder dan 10 kWh, waardoor meer dan 25 zuiver elektrische kilometers er niet inzitten.
- Dynamiek
- Vermogen
- Homogene hybridisering
- Ruimte achterin
- Geen break
- Levensduur lithium-ionbatterij?
8. Toyota Auris – vanaf 7.000 euro (2006-2012, 3,8 l/100 km of 89 g/km) of 10.000 euro (2012-2018 en 3,5 l/100 km of 79 g/km)
Er zijn twee Auris-generaties gepasseerd bij Toyota, maar er komt geen derde aangezien de Japanners hebben beslist om terug te keren naar de naam Corolla. De Auris Hybrid is een beetje de Prius voor Jan-met-de-pet: hij gebruikt exact dezelfde technologie, maar onder een discreter en minder opvallend kleedje, en hij kost ook minder (nieuw of tweedehands). Van de eerste generatie heeft geen breakversie bestaan, waardoor die minder praktisch is. Bovendien is de binnenafwerking zeer licht. Het model van 2012 is op die twee vlakken veel overtuigender, dus als je budget het toelaat, kies je beter voor die generatie.
- Geslaagde hybridisering (identiek aan Prius)
- Discreet
- Bewezen betrouwbaarheid
- Voor 2012 geen breakversie
- CVT-effect overbrenging
- Plastiekerige afwerking
9. Porsche Cayenne – vanaf 45.000 euro – 3,3 l/100 km of 75 g/km
Plug-in hybride technologie is voor Porsche een manier om zijn gemiddelde CO2-uitstoot te drukken terwijl het zo tegelijk de fiscale barrières kan overwinnen die worden opgeworpen voor dikke auto’s met een hoge CO2-uitstoot. De eerste plug-in hybride Cayenne kwam in 2015 op de markt, al bestond er daarvoor al een zelfopladende variant. Die laatste geraakte in elektrische modus slechts 3 kilometer ver en was dus meer een “elektrisch voorproevertje” om de uitstoot lichtjes te verbeteren. De plug-in hybride ging uiteraard veel verder en wou het verbruik en de uitstoot dus veel ingrijpender reduceren. De combinatie van stroom en benzine gaf hem 416 pk en een koppel van 590 Nm, wat veel zegt over de capaciteiten van deze vierwieler. Puur elektrisch moet je natuurlijk niet op al te veel sensaties rekenen en dat houdt hij maar zo’n 20-tal kilometer vol.
- Afwerking
- Imago
- Prestaties
- Soms trage reacties hybride systeem (via koppeling)
- Duur
- Gewicht
BLIJF OP DE HOOGTE VAN HET LAATSTE AUTONIEUWS!
Nieuwe modellen, tests, advies, exclusieve evenementen! Het is gratis!